Article
Achillespeestendinopathie bij topsporters
De aandoening komt vaak voor bij topsporters, maar spaart ook de hobbyjoggers, dertigers met een plotse motivatie om een marathon te lopen of veertigers die na een pauze van 10 jaar terug gaan padellen niet. Hoe behandelen we haar doeltreffend zodat ze niet chronisch wordt ? Interview met Dr. Hamlet Mirzoyan, Directeur van de dienst Orthopedie van het H.U.B Lopen, springen, plotse richtingsveranderingen: de achillespees wordt bij veel sporten zwaar op de proef gesteld. De aandoening komt vaak voor bij topsporters, maar spaart ook de hobbyjoggers, dertigers met een plotse motivatie om een marathon te lopen of veertigers die na een pauze van 10 jaar terug gaan padellen niet. Eerst heeft de patiënt een matige pijn, voelt het wat oncomfortabel. Dan wordt het ongemak langzaamaan chronisch, nemen de prestaties af en volstaat rust niet meer. Dat is waar de huisarts ten tonele verschijnt, want hij is vaak de eerste die de patiënt ziet, soms al bij de eerste pijn. Hij kan de juiste behandeling opstarten, courante fouten vermijden en vooral voorkomen dat de aandoening chronisch wordt.Daarom organiseert de dienst Orthopedie van het Academisch Ziekenhuis Brussel (H.U.B.) op 10 mei een symposium gewijd aan de behandeling van achillespeestendinopathie (AT) bij topsporters. Het doel? Huisartsen beter uitrusten om met deze frequente en soms moeilijk te behandelen aandoening om te gaan. Ontmoeting met dr. Hamlet MIRZOYAN, directeur van de dienst Orthopedie van het H.U.B. en specialist in sportgeneeskunde. Image Achillespeestendinopathie: een slecht begrepen maar bekende pathologie In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, is achillespeestendinopathie geen acute ontsteking, maar een progressieve degeneratie van de pees. Er zijn twee verschillende vormen: niet-insertie-tendinopathie (gelokaliseerd 2 à 6 cm boven de hielbeenaanhechting), die het meest voorkomt bij sporters, en insertie-tendinopathie (ter hoogte van de aanhechting van de pees op het hielbeen), die moeilijker te behandelen is. In beide gevallen zijn de klinische symptomen vaak kenmerkend: pijn aan de achterkant van de enkel, vaak bij inspanning, maar ook bij het opstarten (koude pijn die afneemt bij opwarming), ochtendpijn met stijfheid bij het opstaan, ongemak bij lopen of lang wandelen, een voelbare verdikking van de pees of een knobbeltje. Image De cruciale rol van de huisarts bij de behandeling van achillespeestendinopathie Achillespeestendinopathie wordt vaak gezien in de huisartsenpraktijk, vooral bij sportieve patiënten, maar ook bij anderen. De huisartsen spelen een fundamentele rol bij de vroege opsporing, eerste therapeutische oriëntatie en opvolging van deze patiënten.Patiënten met achillespeestendinopathie nemen vaak hun toevlucht tot ontstekingsremmers, die ze herhaaldelijk nemen, of infiltraties met corticosteroïden. Het probleem is dat die behandelingen hen niet helpen. Integendeel, ze kunnen de pees verzwakken."Maar al te vaak komen patiënten bij ons wanneer ze er al een paar maanden last van hebben en de situatie soms al verergerd is, terwijl een correcte behandeling in een vroeger stadium had kunnen voorkomen dat de aandoening chronisch werd." 5 aanbevolen acties voor huisartsen bij de behandeling van achillespeestendinopathieIdentificeer de kenmerkende klinische symptomen: pijn bij palpatie, pijn bij passief stretchen of weerstand bij contractie van de driehoofdige kuitspier.De sportactiviteit aanpassen: het is niet altijd nodig om volledig te stoppen, maar het is belangrijk om de belasting te verminderen, vooral bij plyometrische bewegingen (springen, afstoten).Gerichte kinesitherapie voorschrijven: de eerstelijnsbehandeling is gebaseerd op progressieve excentrische oefeningen. Het is belangrijk om patiënten door te verwijzen naar een kinesist die opgeleid is in deze protocollen.Corticosteroïden vermijden: in dit geval verhogen de corticosteroïde-injecties het risico op een peesscheur.Zoek naar risicofactoren: mechanische overbelasting, verkeerd trainen, ongeschikte schoenen, statische aandoeningen (holvoet, overpronatie), maar ook metabole pathologieën zoals diabetesWanneer de huisarts een patiënt doorverwijst naar een specialist Image In sommige situaties moet een specialist worden geraadpleegd. Als de pijn aanhoudt ondanks 6 à 8 weken correcte behandeling – d.w.z. rigoureuze kinesitherapie en een aanpassing van de sportactiviteit – of als er een vermoeden is van een gedeeltelijke scheur, schade aan de aanhechting of aanzienlijke verkalking, wordt aanbevolen dat de patiënt wordt doorverwezen naar een specialist in sportgeneeskunde."Als de behandeling niet helpt of het probleem chronisch wordt, moet er actie worden genomen. Ook dagelijkse invaliderende pijn is een criterium om door te verwijzen."De dienst Orthopedie van het H.U.B. biedt een multidisciplinair zorgtraject dat begint met een nauwkeurige beoordeling, inclusief gerichte beeldvorming (dynamische echografie of MRI, afhankelijk van de situatie), gevolgd door een overleg van ons team van orthopedisten, sportartsen en kinesisten.Afhankelijk van de ernst en progressie van de achillespeestendinopathie kan de patiënt baat hebben bij geavanceerde revalidatieprotocollen (excentrisch, isometrisch, proprioceptie enz.); extracorporele shockwaves, die doeltreffend zijn bij chronische vormen; PRP-injecties (bloedplaatjesrijk plasma), in zorgvuldig geselecteerde gevallen; en, als laatste redmiddel en waar mogelijk, minimaal invasieve chirurgie."Voor topsporters bestaat de uitdaging er ook in om een geleidelijke heropbouw van hun prestaties te plannen door de trainingsbelasting aan te passen, wat we doen in nauwe samenwerking met hun trainers en medische teams."Een betere dialoog en samenwerking tussen de zorglijnenDit symposium heeft een dubbel doel: ten eerste concrete hulpmiddelen aanreiken voor een doeltreffende behandeling van meet af aan en ten tweede de coördinatie tussen huisartsen en specialisten verbeteren. "We hopen dat dit symposium hen concrete, actuele hulpmiddelen zal bieden. Achillespeestendinopathie is geen goedaardige aandoening bij sporters: als het genegeerd wordt, kan het een seizoen of zelfs een carrière in gevaar brengen. Maar bij een correcte behandeling van meet af aan hebben de meeste gevallen een gunstige afloop. De huisarts vormt de basis voor dat succes." Praktische informatie over het symposium georganiseerd door het H.U.B. Datum: zaterdag 10 mei 2025 Locatie: Jules Bordet Instituut, Mijlenmeersstraat 90, 1070 Anderlecht, in het Tagnon-auditorium (1e verdieping). Publiek: Huisartsen Dit evenement is geaccrediteerd. De plaatsen zijn beperkt: eerst komt, eerst maalt. Inschrijven is gratis en verplicht. Programma & inschrijving Image
Rich page
Actualiteit
Blijf op de hoogte van onze actualiteiten!
Health issues
Ademhalingsallergieën (en allergische astma)
Wat is een ademhalingsallergie? Verstopte of lopende neus, geïrriteerde ogen, niesbuien, nachtelijke hoest, moeizame ademhaling, … zijn chronische, aanhoudende of seizoensgebonden symptomen die kunnen  wijzen op een ademhalingsallergie (zoals hooikoorts) en/of een astma van allergische oorsprong. Let wel: niet elke astma of elke rhinitis is te wijten aan een allergie. Maar als dat wél zo is, is het belangrijk dit te weten: de keuze van de behandelingen, hun effectiviteit en zelfs sommige terugbetalingen hangen ervan af!  Behandeling De H.U.B-kliniek voor astma en allergische aandoeningen kan de juiste diagnose stellen en therapeutische behandelingen aanbieden aan mensen die met deze aandoeningen kampen, of die allergische ademhalings- of huidklachten vertonen.  Diagnose en opvolging   Eerste raadpleging: een pneumoloog (longspecialist) onderzoekt en bespreekt de symptomen, hun frequentie, de tijdstippen waarop en/of omstandigheden waarin ze optreden enz. De arts voert ook een spirometrie uit: een eenvoudige test ter evaluatie van de ademhalingsfunctie. Er wordt ook een priktest uitgevoerd om na te gaan welk allergeen of welke allergenen verantwoordelijk is/zijn voor de symptomen. Bij deze huidtest wordt een druppeltje allergeen op de arm aangebracht en vervolgens met een fijne naald onder de opperhuid gedreven. De persoon moet diezelfde dag ook een bloedmonster laten afnemen in het Centrum voor Bloedafnames. Je hoeft hiervoor niet nuchter te zijn. De arts schrijft in elk geval al een behandeling voor om de symptomen te verlichten.      Astmatests: bij een vermoeden van astma, en   als de ademhalingstest een bronchiale obstructie aantoont, volgt meteen ook een bronchodilatatietest;  als de ademhalingsfunctie normaal is, wordt de persoon uitgenodigd voor een bronchiale histamineprovocatietest. Deze test wordt uitgevoerd onder medisch toezicht: ze kan astma met vrijwel volledige zekerheid bevestigen of uitsluiten.   Tweede raadpleging: 6 tot 8 weken later wordt de patiënt opnieuw op raadpleging verwacht. Doelstellingen: evaluatie van de reactie op de symptomatische behandeling(en); bespreking van de resultaten van het bloedonderzoek; bespreking van andere mogelijke behandelingen.   Opvolgingsraadplegingen: zodra de astma of ademhalingsallergie onder controle is, wordt een follow-up voorgesteld. De frequentie hiervan is afhankelijk van de ernst van de aandoening.  Goed om te weten: afhankelijk van het geval en van de behoeften kan de H.U.B-kliniek voor astma en ademhalingsallergieën ook gezamenlijke raadplegingen aanbieden. De patiënten ontmoeten in dit geval zowel een long- als een KNO-specialist, of bij huidallergie een longspecialist en een dermatoloog.   Astmapatiënten kunnen ook een beroep doen op de therapeutische educatieprogramma’s van de Astmaschool.    Behandelingen De therapeutische aanpak van een ademhalingsallergie is afhankelijk van het allergeen (of de allergenen) in kwestie, en van de symptomen.  De symptomatische behandelingen omvatten antihistaminen langs orale weg, neussprays op basis van corticosteroïden, oogdruppels (collyrium of oogwater) enz.    Met immunotherapie wordt de immuunrespons van de patiënt gewijzigd om hem te laten evolueren van een allergische naar een allergietolerante status. Immuuntherapie wordt meestal toegepast in tabletten die onder de tong moeten wegsmelten, ofwel in druppelvorm. Deze behandeling werkt doeltreffend, maar ze duurt lang en is relatief duur. Terugbetaling is enkel mogelijk bij astma, veroorzaakt door allergie voor huisstofmijt en gekoppeld aan rhinitis door allergie voor huisstofmijt.   De behandelingen tegen astma (bronchiënverwijders, anti-IgE, anti-interleukines, biologische behandelingen enz.) zijn uiteenlopend en afhankelijk van het astmatype. Omdat de ziekte mettertijd verandert, moet de behandeling aan deze evolutie aangepast worden.    Adviezen Bij allergie is preventie/vermijden nog altijd de meest aanbevolen behandeling. Het komt erop aan om in de mate van het mogelijke de blootstelling aan de allergenen te vermijden of enkele maatregelen te nemen om die blootstelling tot het uiterste te beperken. Voorbeelden: lakens wassen op 90°C; kamers verluchten in de winter als het koud is; bij allergie voor huisstofmijt de vensters thuis sluiten tijdens de pollenpieken (allergie voor grassen en andere pollen) enz.    Image Onderzoek De focus van het translationele onderzoek vanuit de H.U.B-kliniek voor astma en ademhalingsallergieën ligt vooral op de ontsteking van de lagere luchtwegen (bronchiën). De artsen-onderzoekers leggen zich meer bepaald toe op het gebruik van uitgeademd NO (stikstofoxide) om de immuuntherapieën en biologische therapieën te oriënteren, evenals het gebruik van geïnduceerde expectoratie (fluimen) om het fenotype van een astma te bepalen en de behandeling te oriënteren.    Verbonden dienst Verbonden artsen
Ademhalingsallergieën (en allergische astma)
Article
ADHD: een stoornis die het dagelijks leven verstoort, een behandeling die evolueert
Onoplettendheid, impulsiviteit, emotionele of organisatorische problemen ... Achter die vaak gebanaliseerde of verkeerd geïnterpreteerde symptomen schuilt soms een aandachtstekortstoornis met of zonder hyperactiviteit (ADHD) ADHD: een stoornis die het dagelijks leven verstoort, een behandeling die evolueertOnoplettendheid, impulsiviteit, emotionele of organisatorische problemen ... Achter die vaak gebanaliseerde of verkeerd geïnterpreteerde symptomen schuilt soms een aandachtstekortstoornis met of zonder hyperactiviteit (ADHD). ADHD wordt nog steeds slecht begrepen en wordt soms gestigmatiseerd, terwijl het tot 5% van de kinderen en bijna 3% van de volwassenen[1] treft. Maar hoe kan het nauwkeurig worden gediagnosticeerd? Bij wie kunnen patiënten terecht? En vooral, hoe kunnen die patiënten dagelijks beter leven met hun stoornis?We spraken met professor Pierre Oswald, directeur van de dienst Psychiatrie van het Academisch Ziekenhuis Brussel (H.U.B.) en Stéphanie Braun, een Klinisch psychologe gespecialiseerd in psychometrisch onderzoek, om dit vaak bochtig traject te verhelderen.ADHD: een oude stoornis, veranderende perceptiesADHD werd niet altijd zo genoemd. Al in de 18e eeuw beschreven artsen kinderen die 'geagiteerd', 'afgeleid' en 'onstabiel' waren – zonder dat ze er ook een bepaalde stoornis op plakten. Aan het begin van de 20e eeuw werden verschillende vormen van 'aandachtstekort' benoemd, vaak in verband met neurologische of opvoedkundige hypothesen.Pas in de jaren 1980, met de evolutie van de psychiatrische classificaties (in het bijzonder DSM), kreeg ADHD een stabielere klinische vorm. Het wordt nu erkend als een neurologische ontwikkelingsstoornis, wat betekent dat het zijn oorsprong vindt in de ontwikkeling van de hersenen, ontstaat in de kindertijd en een blijvende impact heeft op bepaalde cognitieve functies zoals aandacht, werkgeheugen, planning en emotionele en gedragsregulatie."Het is niet gewoon een ontwikkelingsachterstand of een tijdelijke moeilijkheid, maar een manier van functioneren die ontstaat vanaf de kindertijd en waarvan de uitingen variëren naargelang de levensperiode", aldus Stéphanie Braun.Beoordeling van ADHD: een rigoureuze klinische benaderingIn tegenstelling tot wat veel mensen denken, bestaat er geen biologische test (bloedtest, MRI enz.) om ADHD te diagnosticeren. "De diagnose is gebaseerd op een grondige klinische beoordeling", legt Stéphanie Braun uit.Bij zowel kinderen als volwassenen gebeurt de beoordeling op basis van verschillende wetenschappelijk gevalideerde tools:een gedetailleerde anamnese (school, familiale voorgeschiedenis, persoonlijke geschiedenis);zelfvragenlijsten die moeten worden gestandaardiseerd en bijgewerkt moeten worden bijgewerkt;gestructureerde klinische gesprekken, waardoor de 'verzamelde gegevens'kunnen worden genuanceerd;en, indien nodig, een neuropsychologische beoordeling, met name bij kinderen en tieners om cognitieve sterktes en zwaktes vast te stellen of te reageren op een vraag om aanpassingen op school. Binnen het H.U.B. kunnen we rekenen op de expertise van neuropsycholoog Hichem Slama, directeur van de Dienst Neuropsychologie en Logopedie"We doen echt speurwerk. We proberen te begrijpen wat vanaf de kindertijd kan wijzen op een andere manier van functioneren, zelfs als de persoon compenserende strategieën heeft ontwikkeld"Discrete tekenen die vaak worden verward met iets andersWe kennen allemaal het beeld van kinderen die geagiteerd zijn of dagdromen in de klas, maar ADHD kan zich ook op een veel discretere manier manifesteren, zeker bij volwassenen, wat de diagnose bijzonder complex maakt. "Wanneer een volwassene op raadpleging komt vanwege psychische problemen, moet ADHD altijd worden overwogen in de differentiële diagnose", benadrukt prof. Oswald. "De klassieke symptomen – onoplettendheid, impulsiviteit, hyperactiviteit – kunnen worden gemaskeerd door compensatiemechanismen of veranderen in de loop van de tijd: chronische angst, slaapstoornissen, het gevoel te falen, prikkelbaarheid, relatieproblemen", legt hij uit.We moeten dus zeker letten op de emotieregulatie: "Korte maar disproportionele intense woede of diep verdriet, vaak gevolgd door schuldgevoelens, kunnen wijzen op onderliggende ADHD", voegt hij eraan toe. Bij sommige volwassenen komen de problemen pas laat aan het oppervlak, wanneer een compensatiemechanisme het begeeft door een verandering van levensritme, ouderschap, mentale overbelasting ...Een stoornis die zelden op zich staat: angst, depressie, verslavingenIn meer dan 80% van de gevallen gaat ADHD gepaard met andere stoornissen, zoals depressie, angststoornissen of slaapstoornissen[2]. "Die comorbiditeit is vaak het gevolg van de constante inspanningen om aandachts- en emotionele problemen te compenseren en normaal te functioneren", zegt de psychiater.Hij vernoemt ook frequente verbanden met:problemen met middelengebruik (alcohol, cannabis, cocaïne)[3];persoonlijkheidsstoornissen (met name borderline);en gedragsproblemen, soms gekoppeld aan forensische trajecten.Wanneer moet een patiënt op raadpleging komen? En waar start je mee?Vaak zoeken mensen pas laat hulp, wanneer ze al erg in de problemen zitten. "Je moet niet wachten tot het slecht gaat om hulp te zoeken. Dagelijkse problemen met organisatie, concentratie en omgaan met emoties zijn al waarschuwingssignalen", benadrukt Stéphanie Braun.Het zorgtraject begint meestal bij de huisarts, die de patiënt vervolgens kan doorverwijzen naar een zorgverlener die opgeleid is voor ADHD (psycholoog, psychiater). "We moeten de eerstelijnsartsen opleiden voor de screening, om de communicatie en doorgifte van de zorg tussen de verschillende zorglijnen te verbeteren", legt Prof. Oswald uit. Want ADHD is niet 'zomaar een psychische stoornis': het beïnvloedt het hele leven – school, werk, vrienden, gezin. Een kind met ADHD opvoedenBij kinderen zijn het vaak de leerkrachten die als eerste gedrag melden dat niet binnen de normen valt: motorische rusteloosheid, moeite om instructies te volgen, aandachtsproblemen. Samenwerking tussen ouders, scholen en zorgverleners is dus essentieel. "Het is nooit gemakkelijk voor ouders om te moeten komen praten over de moeilijkheden van hun kind, maar dit maakt het mogelijk om een passend zorgtraject te starten waar iedereen baat bij heeft: kinderen, ouders en leerkrachten ", aldus Stéphanie Braun.Een diagnose kan een opluchting zijn voor de gezinnen, omdat het een verklaring biedt voor de ondervonden moeilijkheden en toegang geeft tot concrete hulp: aanpassingen op school, onderwijsondersteuning, begeleiding voor de ouders. Het is echter belangrijk om voorzichtig te blijven en "te vermijden om te vroeg een label op een kind te plakken, maar aandachtig te blijven voor waarschuwingssignalen", benadrukt Stéphanie Braun.En in het dagelijks leven? Praktisch advies voorafgaand aan een diagnoseHet is niet nodig om te wachten op een officiële diagnose om actie te nemen. Er zijn tal van reguleringsstrategieën die al met de patiënt kunnen worden toegepast:een gezonde levensstijl (slaap, voeding, regelmatige lichaamsbeweging);tools voor tijd- en prioriteitenbeheer (visuele agenda's, timers);ruimte voor pauzes en herstel gedurende de dag;psycho-educatie (het eigen functioneren begrijpen);ondersteuning van de ouders en aanpassingen op school;ontspanning, hartcoherentie, meditatie, via apps of gespecialiseerde verenigingen."Er zijn veel dingen die het dagelijks leven al kunnen verbeteren, ook zonder medicatie", zegt de psychiater. Hij pleit voor een multidisciplinaire, persoonlijke aanpak, waarbij niet alleen zorgverleners betrokken zijn, maar ook coaches, opvoeders, ergotherapeuten en diëtisten.Een veelzijdige aandoening die genuanceerd en hoopvol benaderd moet wordenTegenwoordig wordt ADHD erkend als een op zich staande stoornis, met een neurologische en genetische basis, die ook sterk wordt beïnvloed door omgevings- en psychosociale factoren. Een stoornis op het kruispunt van het biologische en de ervaring, die een genuanceerde, menselijke en geïndividualiseerde benadering vereist.ADHD is geen 'defect' dat gecorrigeerd moet worden, maar een andere werking van de hersenen, die bepaalde uitdagingen met zich meebrengt, maar ook bepaalde voordelen. Het gaat er niet alleen om of er al dan niet een diagnose is gesteld: het is iets waar dagelijks aan wordt gewerkt, door de persoon, zijn gezin en zijn zorgverleners samen."Geneeskunde biedt nooit absolute zekerheid. In de psychiatrie nog minder. Maar wat we wel kunnen garanderen is een respectvolle, vooruitstrevende begeleiding op maat van elke persoon", besluit prof. Oswald.Een stapje verder gaanTDAH BelgiqueFranse vereniging TDAH FranceAanbevolen apps: Petit BamBou, Respirelax+, Time TimerBoeken: TDAH adulte – Le reconnaître et le prendre en charge (Ed. Dunod), Mon cerveau a besoin de lunettes (Annick Vincent) [1] Bron: Polanczyk G et al. (2007). The worldwide prevalence of ADHD: a systematic review and metaregression analysis, American Journal of Psychiatry ; Faraone SV et al. (2021), WFADHD Statement.[2] Bron: American Psychiatric Association. Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, Fifth Edition (DSM-5), 2013 ; Faraone SV et al. (2021), The World Federation of ADHD International Consensus Statement, Neuroscience and Biobehavioral Reviews.[3] Bron: Wilens TE et al. (2011). Does ADHD predict substance-use disorders? A 10-year follow-up study of young adults with ADHD, Journal of the American Academy of Child and Adolescent Psychiatry.
Article
De afdeling Gastro-Enterologie werft aan
Als onderdeel van de ontwikkeling van deze activiteit werven we verpleegkundigen en zorgkundige aan. Het H.U.B. zet zich in om de meest geschikte zorg te bieden aan onze patiënten en innoveert binnen zijn afdelingen.Met dit in gedachten ontwikkelen we de activiteiten van onze gastro-enterologie afdeling in het Erasmeziekenhuis en zijn we op zoek naar zorgkundigen en verpleegkundigen om samen met ons uitmuntendheid te bereiken.Neem een kijkje op de afdeling: https://youtube.com/shorts/j28P-p8sttk?feature=shareEn de profielen die we zoekenVerpleegkundigenZorgkundigen